Tante Bep

25-05-2008

Oude liefde roest niet. Maar in mijn geval dus wel. En niet zo'n beetje ook. Mijn Grote Liefde staat al maandenlang dag en nacht voor mijn raam. Op de uitkijk. Als ik thuiskom krijg ik een knipoog vanonder haar lieve wimpers.

Ze straalt me letterlijk tegemoet. Maar ik doe niks. Soms ga ik even bij haar zitten. Daar geniet ze duidelijk van. Ze kan het nog. Dan aai ik haar even liefdevol over haar bolletje en kan ze er weer even tegen. Van ellende is ze door haar rechterachtervoet gezakt. Leeggelopen van verdriet. Stilstaan doet niemand goed. Ook haar niet en iedereen moet verder in het leven. Ook zij. 

Soms moet je door met andere mensen. Die weer heel goed voor je gaan zorgen. Omdat voor hen alles nieuw is. Je geur, je kleur, je kuren. Die houden weer van je precies zoals je bent. En zo hoort het ook. Dinsdag komt er weer iemand naar haar kijken. Hopelijk neemt ze haar mee naar huis, zodat ze weer de aandacht krijgt die ze verdient. 

Met pijn in mijn hart zal ik haar uitzwaaien, op weg naar haar nieuwe toekomst zonder mij. Mijn lieve Tante Bep. 

De mooiste Kever die er is.